De 19de eeuw was de grote eeuw van de volkse muziekverenigingen in ons land. Van honderd muziekverenigingen in 1880 steeg het aantal tot meer dan vierduizend voor de eerste wereldoorlog. Omstreeks dezelfde tijd dat in de omliggende gemeenten fanfares werden opgericht, kreeg ook Huizingen zijn muziekkorpsen. Albert Vaucamps, ontwerper van het huidige "Provinciaal Domein van Huizingen", kasteelheer, suksesrijk aannemer die spoorwegen bouwde in Noord-Italië, senator en burgemeester, richtte in 1875 de fanfare "Sint Leonardus" op waarin de toenmalige politieke tegenstanders, liberalen en katholieken, broederlijk samenspeelden. Dat duurde slechts enkele jaren. In 1879 keurden de liberalen een wet goed waarbij het godsdienstonderwijs in de gemeentescholen werd afgeschaft, wat leidde tot de eerste schoolsstrijd en in de dorpen tot een scherpe kloof tussen liberalen en katholieken.
In Huizingen brak een felle strijd los tussen de katholieken, geleid door pastoor Timmermans die hier in 1870 was aangekomen, en de liberalen van Vaucamps. Het ging zo ver dat de liberalen van de "Sint Leonardusfanfare" weigerden op te stappen in de processie, traditioneel een topgebeurtenis in het leven van het Huizingse muziekkorps. De katholieken stichtten dan in augustus 1882 onder impuls van Petrus De Coster een nieuwe fanfare op met de naam "De Vrijheidsvrienden", samen met Guillaume De Coster, Pierre Belsack, Frans Versteldt, Jozef Van Roy, Gustaaf Van Roy, Pierre en Jan Cockmartin, Jean Dammans en Jozef Depeyper. De eerste voorzitter was Jozef Peter Hanssens, pachter Lammens, landbouwer en brouwer. Demeurs, de papierfabrikant, werd ere-voorzitter.
Het eerste lokaal werd gevestigd bij Van Laet in het Neerdorp en de repetities gingen door op zaterdagavond van 21 tot 23 uur. De eerste dirigent was de Oostvlaming Karel Lodewijk Bruneel die in Huizingen schoenmaker was. In zijn geboortestad Ronse had hij muziekonderricht gevolgd en zelf speelde hij bugel. Het repertoire bestond toen uit de succesmuziek van die tijd met name marsen, walsen, potpourris, etc... . Optredens gebeurden altijd in open lucht, want zalen waarin muziekopvoeringen konden gegeven worden, bestonden er toen in Huizingen niet.
Toen de eerste dirigent op 29-jarige leeftijd overleed, werd hij opgevolgd door Laurent Discart die beroepsmuzikant was geweest bij een militair muziekkorps, zelf muziek schreef en de fanfare op een hoog peil wou brengen. In 1900 gaf hij zijn ontslag omdat hij vond dat de fanfare eerder een biermaatschappij was. Huizingen telde toen vijftig herbergen, veel van die herbergiers waren steunend lid van de fanfare en hun moest dan ook eer gebracht worden. Discart onder wiens leiding "De Vrijheidsvrienden" vaak zouden concerteren op de Grote Markt te Brussel.
Na de eerste wereldoorlog werd de Hallenaar Louis Horenbeek de nieuwe dirigent en Eugeen Eylenbosch de voorzitter. Horenbeek zou de leiding gedurende 41 jaar waarnemen. Het zou een lange bloeiperiode worden voor "De Vrijheidsvrienden" waarin ook Felix Devalck - vader Krol - een belangrijk aandeel had. Hij vierde zijn 70-jarig lidmaatschap alvorens op de leeftijd van 87 jaar te overlijden.
Na hem werden de leerlingen-muzikanten nog een tijdlang opgeleid door zijn schoonzoon Louis Carlier. Vervolgens werd in de schoot van de fanfare een eigen muziekschool opgericht, waar toen onder-dirigent Karel Tordeurs met veel toewijding les gaf.
Vanaf de jaren '50 kende de fanfare opnieuw een grote bloeiperiode.
In 1952 werd met de deelname aan het internationaal tornooi te Epernay in Frankrijk een merkwaardig resultaat bereikt. De fanfare won er de beker, de gouden kroon en de gouden palm. Niettemin werden de jaren vijftig door het afsterven van enkele voornaamste leden ook droevige jaren. Achtereenvolgens verloor de fanfare door overlijden haar voorzitter Eugeen Eylenbosch - 50 jaar voorzitterschap, kasmeester Frans Stas in 1953, ere-voorzitter Egide Belsack, gewezen burgemeester, secretaris Maurits De Coster, ondervoorzitter Frans Roelant en bestuurslid Jan-Baptist Wouters in 1954.
Nieuwe voorzitter werd Henri Eylenbosch, neef van de vorige voorzitter. Zeventwintig jaar lang tot einde 1976 zou hij de plichtsbewuste voorzitter blijven die op alle herhalingen en uitvoeringen aanwezig was.
De jubelfeesten van 1957 tot de viering van het 75-jarig bestaan, werden dank zij het organisatietalent van feestkommisaris Omer Van Roy, die later burgemeester werd, een onvergetelijke gebeurtenis.
In 1960 verliet dirigent Louis Horenbeek dan "De Vrijheidsvrienden". Twee jaar nadien zou hij overlijden. Hij werd opgevolgd door Gust Langendries, een eerste prijs notenleer en eerste prijs hoorn aan het conservatorium van Luik onder wiens leiding enkele opvallende successen werden geboekt. Zo werd de fanfare eerst kampioen van Brabant en in 1976 kampioen van België (Fedekam). Gust Langendries werd zelf de eerste directeur van de muziekacademie Alsemberg-Huizingen.
Uit die muziekacademie kwamen enkele knappe jongeren onder wie onze vorige dirigent, Eric De Vis, die samen met vader, broer en zus, lid werden van de fanfare. Hij studeerde aan het conservatorium van Brussel, waar hij zijn eerste prijs notenleer behaalde en eerste prijs saxofoon.
Sinds 1971 zijn er in de fanfare ook vrouwelijke muzikanten. Ze bespelen net als de mannen, alle instrumenten. Alles samen tellen "De Vrijheidsvrienden" 57 spelende leden.
Vanaf 1977 is Pierre Belsack, kleinzoon van één der stichters met dezelfde naam, voorzitter. De nieuwe voorzitter is zelf ook muzikant en was vroeger ondervoorzitter. Met deze benoeming volgt de fanfare een nieuwe trend die men ook bij vele andere muziekverenigingen kan waarnemen. Een voorzitter-muzikant staat dichter bij de muzikanten en bij de dirigent en dat lijkt een winstpunt te zijn. Dat betekent niet dat de rol van niet-muzikanten in de vereniging is uitgespeeld. Voor hen zijn er nog specifieke taken weggelegd. In 1986 hebben we dan het geluk gehad dankzij de optimale inzet van dirigent , muzikanten en alle leden om met de deelname aan het Provinciaal Tornooi geklasseerd te worden in ere-afdeling. Dit was uiteindelijk het hoogtepunt van onze muzikale vorming, waardering krijgen voor onze inzet en doordrevenheid.
Na 13 jaar te hebben gespeeld in ere-afdeling werden we bij de deelname aan het Provinciaal tornooi in 1999, tot ons groot spijt, gedegradeerd naar "uitmuntendheid". De grote oorzaak van dit alles komt door de veroudering van onze fanfare en gebrek aan verjonging.
2000 zal onze maatschappij steeds bijblijven. In december op 73-jarige leeftijd overlijdt onze voorzitter Pierre Belsack.
Tijdens de jaarvergadering van 24 januari 2001 werd Eric Belsack, zoon van Pierre Belsack, aangesteld als onze nieuwe voorzitter.
Op 17 oktober 2001 werd Wim Stas aangesteld als nieuwe dirigent van onze maatschappij. Opgegroeid in de schoot van onze fanfare, groeide hij naar een volwaardige beroepsmuzikant.
In het vooruitzicht van een verjonging van onze fanfare hebben we een instaporkestje, onder leiding van Jeroen Hofmans, opgericht waar de leerlingen van de muziekacademie in kunnen meespelen. Dit orkestje dient als overgang van muziekschool naar de eigenlijke muziekvereniging.
Na 121 jaar zijn de doelstellingen van de stichters actueel gebleven : vormen en ontspannen. Ze hebben wel wijzigingen ondergaan, ze zijn meer verfijnd geworden en minder naar buiten gericht terwijl leute en plezier vroeger meer op de voorgrond stonden, denkt men meer aan musiceren in een concertzaal met een echt fanfareorkest. De fanfare blijft in haar roeping geloven. Door algemene vorming en zelfontwikkeling wil ze het muzikaal gevoel en de kunstbeoefening bij leden bevorderen. Ze wil op een positieve wijze meewerken aan de algemene ontwikkeling en aan de culturele omgeving van de hele dorpsgemeenschap. Ze is een muziekvereniging die openstaat voor iedereen, jong en oud, man of vrouw, universitair of arbeider die zijn vrije tijd zinvol wil doorbrengen. Ze staat eveneens ten dienste van de gemeenschap door het opluisteren van plechtigheden, processies, vieringen, feesten en het uitvoeren van concerten. Met die ingesteldheid gaan we verder.
1882 - 50 JARIG JUBILEUM - 1932
1882 - 100 JARIG JUBILEUM - 1982